maandag 29 april 2013

Op vakantie in eigen tuin


Zo voelde het wel gisteren. Avondeten mediterane stijl. Anjsovis uit het noorden van Spanje. Souvenir gekregen van de schoonouders. Een beetje rozemarijn uit eigen tuin erover. Olijfkes in een snelle marinade (de olijfolie van de ansjovis, wat sambal, paprikapoeder en ajuin). Kaas met mosterd en wat van de nu toch al weelderig groeiende bieslook.



En een glaasje zelfgemaakte limoncello (niet door mij, maar door mijn superster van een zus) om dat allemaal af te sluiten.


En dat tussen de pracht en praal van de eerste lentebloemekens.
En mens kan toch niet veel meer verlangen dan dat, denk ik dan!


dinsdag 23 april 2013

Dit moment

Eén foto - geen (of toch weinig) woorden - een eenvoudig, simpel, speciaal, wonderlijk moment. Een moment om bij stil te staan, van te genieten en vast te houden.


Feest als de kievitsbloemen bloeien!


maandag 22 april 2013

Pannekoeken van ons moeder



Mijn moeder is in de keuken mijn grote voorbeeld. Allez, het is te zeggen. Wat ze kookt is altijd uitmuntend, zelfs als het lui-wijven-kost is, of zogenaamd mislukt. Nu gaat bij haar het op tafel brengen van eten meestal wel gepaard met bakken vol stress, gepieker en gebrek aan inspiratie voor de dagelijkse pot. Ik hoop dat is wat het eerste betreft ooit zo wordt als haar, en wat het tweede betreft beter (kwestie van bescheiden te zijn hé).

Eén van de dingen die ze zo goed maakt zijn deze pannekoeken. Lekker ouderwets. Lekker vet. Goe in de reuzel gebakken. Zonder suiker. Even lekker met zure room en marmelade als 'en style de' croque monsieur (twee pannekoeken met een schel hesp en kaas ertussen opgewarmd in de oven). Het tofste aan deze wonderlijke dingen is dat ze megagemakkelijk in te vriezen zijn, en megagemakkelijk om terug op te warmen. Gewoon in een droge pan zwieren (zonder extra vet want dat hebben ze van hun eigen al voldoende) op een laag vuur en na een paar minuten ne keer omdraaien. Even lekker als vers gebakken.

Voor 12 pannekoeken
  • 6 eieren 
  • 250 gram platte kaas 
  • 100 gram (volkoren) bloem
  • 1 teelepel zuiveringszout/bicarbonaat 
  • reuzel of ganzevet
Bereiding

Kluts de eieren en platte kaas dooreen, meng beetje bij beetje de bloem eronder en het zuiveringszout. Laat een goeie klont (een bol koffielepeltje) reuzel smelten in de pan. Schep een pollepel beslag in de pan. Als er bubbels aan het oppervlak verschijnen is het tijd om om te draaien. Nog even de andere kant bakken, et voilà!

Ik kan deze lekkernijen echt aan op elk moment van de dag. Jezus, ik heb er potverdorie superveel goesting in nu. Ik wou dat er nog over waren!

woensdag 17 april 2013

Dit moment

Eén foto - geen woorden - een eenvoudig, simpel, speciaal, wonderlijk moment. Een moment om bij stil te staan, van te genieten en vast te houden. 


Geïnspireerd door Soulemama. Zij post haar {momenten} altijd op vrijdag. Ik geef mijzelf de vrijheid om schone momenten te posten wanneer ik er goesting in heb.

dinsdag 16 april 2013

Moelgen of middeleeuwse eiercustard


Mijn liefde voor oude recepten strekt zich veel verder uit dan Aaltje, Nieuw Nederlandsch kookboek (1887). Soms durf ik mijzelf wel eens verliezen in kookboeken als De volmaakte hollandsche keuken-meid (1752), of nog erger, Wel ende edelike spijse uit de tweede helft van de vijftiende eeuw.

Op een verloren moment een paar weken terug zat ik met een kop thee achter de pc te neuzen tussen wel ende edelike recepten (het één al gekker dan het ander), en vond ik dit toch wel serieus heerlijk klinkend recept voor middeleeuwse eiercustard. Eens proberen, dat vond ik ervan!


Ik zet voor uw vermaak ook even het middeleeuwse recept erbij, want eerlijk, middelnederlands is een fantastisch taaltje. Aangezien ik daar als historica ongeveer alle dagen van de week mee te maken krijg, ben ik wel lichtelijk bevooroordeeld - 't is maar da ge't weet.
Moelgen te makene nemt scapin melc
in eenen pot ende dodere van eyeren daer
in ghewreuen ende tempert daer mede 
ende doeter toe soffraen ende sukers ghe
nouch dan nemt wit lijnwaet ende
doet vpden mont vanden potte twee
fout of drie ende bindet vaste omtrent
den hals vanden potte dan doet den pot
in eenen ketele vul wallens waters ende
 latet lange zieden ende dan doet vercoelen
ende maect omtrent den pot twee gaetken
of drie recht met eenen lepele ende
bouen den scotelen soo doet dragie
ende sukers ghenouch
Vrij vertaald:
Om een lekker hapje te maken doe je schapenmelk in een pot, en meng je er eidooiers door. Doe er saffraan en genoeg suiker bij. Neem dan een witte linnen doek en doe die twee- of driedubbel gevouwen over de opening van de pot. Bind hem vast rond de hals van de pot. Doe de pot in een ketel vol kokend water en laat lange tijd koken. Laat het dan afkoelen en maak rondom in de pot twee of drie gaatjes met een lepel (om te kijken of het gaar is?). Strooi er daarna genoeg specerijen en suiker over.



Daar heb ik zelf het volgende van gemaakt, een beetje creatief met wat er in huis was. De geitenmelk werd dus gewoon koemelk. Maar als ik ooit ergens geitenmelk vind, dan wil ik dat zeker nog eens proberen. De suiker werd vervangen door een combinatie van honing en stevia. En de saffraan was op (maar staat ondertussen op de boodschappenlijst) dus het is een versie zonder saffraan geworden. Al ben ik zeker dat het met nóg lekkerder was geweest. Here goes:
Voor 4 porties
  • 2 cups volle (geiten)melk
  • 2 eieren + 2 eierdooiers
  • 1/3 cup suiker/honing
  • (Mespunt saffraan)
  • Snufje kaneel en nootmuskaat
Bereiding

Verwarm de oven voor op 180° C. Kluts de eieren met de suiker/honing (en saffraan als je die hebt) en voeg beetje bij beetje de melk toe. Zet vier vuurvaste kommetjes in een vuurvaste ovenschaal en vul deze met water zodat de kommetjes tot de helft onder staan. Verdeel het beslag over de kommetjes. Strooi een snufje kaneel en nootmuskaat over elk kommetje. Zet de ovenschaal in de oven en bak gedurende 30-40 minuten (afhankelijk van je oven) tot het eiermengsel net opgesteven is. Laat afkoelen in de ovenschaal. Ze zijn zowel lekker lauw als helemaal afgekoeld. 

En ik zweer het, ze zijn L.E.K.K.E.R. En lekker makkelijk om te maken. En gezond genoeg om als ontbijt te eten! Deze komen gegarandeerd vaker op tafel bij ons.


donderdag 11 april 2013

Peren uit de grond # hoofdstuk 1

Als lente-dag stelde het vandaag niet veel voor. Alleen maar piskesregen. Aan. Eén. Stuk. Door. Maar soit, ik was niet van plan om te beginnen zagen over het weer.
Ha neen, want dat is niet te combineren met de vreugde die ik voelde toen ik onverwacht anderhalve kilogram aardperen vond die ik vorige maand blijkbaar over het hoofd heb gezien.


Met anderhalve kilo aardpeer kunt ge toch wel veel dingen doen, als ge maar twee eters hebt. Aardpeergratin, geroosterde aardpeer, aardpeersoep, ... Jumjum! Ik voel het al, manlief zal de komende dagen niet te klagen hebben over wat hij op zijn bord krijgt.


De kleine knollekes heb ik eens in een mand geplant, in plaats van in de volle grond. (Lees hier meer over aardperen in potten) In onze kleine tuin neemt de aardpeer het gezag namelijk nogal makkelijk over. Kwestie van te zorgen dat ze de frambozen niet volledig overrompelen. Want geen frambozen, dat zou ook maar triest zijn.
In manden dus. Op het terras. Tegen de lelijke schutting. Voorlopig heb ik er nog maar één gevuld. Voor de andere moet ik namelijk nog een nieuwe 'voering' maken. Niet in plastiek deze keer, maar uit oude gordijnen.


Ik ben benieuwd hoe ze dat zullen doen in hun nieuwe habitat. Binnen een paar maanden zal ik er ongetwijfeld wel weer eens een blogpost aan vuil maken. 


zaterdag 6 april 2013

Manlief


Soms zijn mannen toch vreemde wonderlijke wezens. Ze kunnen u irriteren, het leven gek maken, het bloed van onder de nagels halen. Maar als ze - op het einde van een lastige, vermoeiende, vervelende dag - thuiskomen met een bloemeke, weten ze dat allemaal in één beweging glad te strijken.



donderdag 4 april 2013

On-kruid-pesto




Pesto is bij ons thuis altijd een probleem. Manlief is allergisch aan cashewnoten, en tegenwoordig vindt ge nauwelijks nog pesto waar dat niet in zit. Pesto wordt bij ons dus meestal zelf gemaakt. Behalve basilicum kunt ge pesto echt uit vanalles maken, met lente-ui, broccoli, peterselie, koriander, dragon, dille, radijsloof, wortelloof, ruccola, ...
Het werd al eerder aangetoond dat je ook allerhande onkruiden kan gebruiken om pesto mee te maken, maar ik dacht, laat ik het nog maar eens over doen. Het is in elk geval leuk om zo vroeg in het jaar toch al te kunnen koken uit eigen tuin, en on-kruid-pesto is ook aardig voor de portefeuille.
Italiaanse harde kaas was niet in huis, dus bij deze is aangetoond dat ook extra belegen gouda goed dienst weet te doen in dit gerecht.

Ingrediënten:
  • 30 g zonnebloempitten of pijnboompitten
  • 30 g geraspte extra belegen gouda
  • 150 g fijngesneden (on)kruid (ik gebruikte bieslook, zevenblad, kleine veldkers, een klein beetje salie)
  • 1 eetlepel gedroogde dille
  • 1 teen knoflook
  • 80 ml extra vergine olijfolie
  • zout en peper naar smaak

Bereiding:
Wrijf de knoflook met een beetje zeezout fijn in uwen vijzel.
Doe al roerend de (on)kruiden erbij en beetje bij beetje de olijfolie.
Meng er op het eind de geraspte kaas bij en weer een beetje olie en zout indien nodig.


Voila. Salade van nieuwe aardappeltjes (niet uit eigen tuin maar wel van de Bioboerderij) in de schil met zelfgemaakte pesto en rode ajuin. Simpel. Doeltreffend. En voor herhaling vatbaar!


Tijdens heb plukken van het zevenblad kwam ik nog een aantal sloebers tegen waarvan ik al lang (allé, toch een half jaar minimaal) vergeten was dat ze er ook nog waren. Een blauwe hyacint. Onder andere. Ooit gekregen in pot, en daarna maar naar de tuin verhuisd.


Witte druiventrosjes ook. Er zitten al een paar bloemknopjes klaar. Ik sta al te trappelen van ongeduld!


Een kleine gast tussen de bosaardbeien.


En nog eens mijn viooltjes, ook al heb ik ze hier al verschillende keren getoond, maar voorlopig kan ik er geen genoeg van krijgen!


dinsdag 2 april 2013

Lente-erwtensoep



Van lente-temperaturen kunnen we nog niet spreken, maar de zon is er dan eindelijk toch. Ik heb net twee uur zitten haken op de tuinbank, met trui en sjaal aan was dat goed te doen. Intussen zitten genieten van de vogeltjes en de gezellig taterende doorrookte stemmen van de buurvrouw en haar vriendin.

Op hetzelfde moment in de keuken stond de erwtensoep lekker te pruttelen. Als inspiratie diende een recept voor erwtensoep uit 1887 van Odilia Corver, directrice van de tijdelijke kookschool gehouden te Amsterdam, uit haar boek Aaltje, Nieuw Nederlandsch kookboek.

Erwtensoep voor 5 personen
Benoodigdheden: 5 ons ossenvleesch en 5 ons varkensvlees of worst, 3 maatjes groene erwten, 10 à 12 stuks prei, 8 à 10 struikjes selderij, 30 à 40 gram oudbakken brood, kleine eetlepel boter = 30 gram,  ((zout en peper naar smaak).

Bewerking: van het vleesch kookt men een bouillon. Hoeveelheid: ongeveer 2 liter. De erwten zet men met koud water op een klein vuur, totdat ze kooken, dan laat men tien tot 12 minuten koken en giet het water er af, daarna doet men er ruim een liter kokend water op en laat ze daarmede langzaam gaar koken. Na 2,5 tot 3 uur zijn ze zacht genoeg en men kan ze met den purée wrijver door de pureerzeef wrijven. De prei wordt fijngesneden en de selderij zeer fijn gehakt, doch niet met elkander, ieder afzonderlijk. Het brood snijdt men aan dobbelsteentjes. Nu doet men de boter in den soepketel en laat daarin het brood en de prei onder stadig roeren licht bruin fruiten. Hierbij voegt men de erwtenpurée en daarna den bouillon met de selderij. Nu laat men alles nog een 20 à 30 minuten zacht koken en de soep is gereed. Heeft men een paar koude aardappelen staan, dan kan men deze fijnmaken en erdoorheen koken. Dit maakt de soep nog beter.

Al wordt erwtensoep tegenwoordig als echt wintervoer beschouwd, toch schrijft Cordelia dat '(ze) in de wintermaanden van November tot April nagenoeg dagelijks op tafel (komen)'. Ook nog in het begin van de lente dus.
Soit, met een beetje fleurige decoratie (eetbare bloemekes, in dit geval hoornviooltjes, en een beetje fijngehakt hardgekookt ei) doet al wonderen om ook in een kom erwtensoep een beetje lenteliefde te steken. Hier vindt ge nog een ander recept voor lente-erwtensoep (met verse of diepvrieserwten weliswaar).


De bouillon heb ik vervangen door bouillon van mergpijp en soepvlees (in totaal 1 kg), want daar had ik al een pot van klaarstaan. 500 gram spliterwten ongeveer zijn erin gegaan, en een handje pronkbonen waar geen plantjes meer uit wilden groeien. Odilia Corver vindt het blijkbaar niet nodig om peulvruchten voor te weken, maar ik denk daar anders over. Deze hebben ergens tussen de twaalf en de vierentwintig uur in water gestaan. Bij gebrek aan selder heb ik wat witte kool gebruikt. Verbazingwekkend genoeg was dat nog lekker ook. Verder netjes Odilia's aanwijzingen gevolgd, behalve dat ik dat stuk met die zeef wat omslachtig vond, dus heb ik gewoon de staafmixer in de soep gezet.


Ondertussen in de tuin gebeurd er niet overdonderend veel. Ik moet nog altijd het snoeihout van een paar weken terug opruimen.


De munt komt wel piepen. Geen idee waarom hij dit jaar ineens rood ziet.


De tulpen die ik in december op het nippertje nog in de grond heb gestoken zijn daar ook sé. Hopelijk hebben ze binnen een paar weken mooie paarse bloemen.



Deze schattige kleine (on)kruidjes komen ook weer piepen. Ik zou beter eens hun naam opzoeken. Want ik vind dat ze dat toch wel waard zijn. *Edit: Ereprijs*


En zwammen hebben we tegenwoordig ook.


Morgen staat er weer wat tuinwerk op de agenda. We kunnen niet de rest van de week op ons luie kont blijven zitten, nietwaar?